14-02-2009

Elvisimitatoren

El de Vis woonde afgelegen in een bergdorpje diep in het zuiden van Spanje. Hij droomde van een blitse toekomst. In het dorp was niets te beleven dus besloot hij zijn biezen te pakken en de wijde wereld in te trekken. El was een elegante sierlijke Spanjaard met lange neukteugels van krullend kroeshaar. Elke ochtend smeerde hij die vol met brillantine zodat ze flink glommen in de Spaanse zon.

El de Vis deed zijn naam eer aan. Hij droeg altijd lange glitterbroeken en vestjes met kopspijkers. Door zijn smalle taille en lange benen zag hij er uit als een glimmend sardientje. El de Vis had een stoere inborst en kon fantastisch zingen. Hij ambieerde een rol in een spaghettiwesterncarrière. Ennio en Terence waren zijn grote helden. Hij zag zichzelf al zingend in een houten tobbe door de Spaanse heuvelen trekken. Yippee ya yee! Maar deze droom ging helaas niet door.

Op een mooie warme ochtend in de zomer trok El de Vis zijn stoute houten schoenen aan. ‘It’s now or never’, dacht hij en ging op pad. El was een beetje wereldvreemd en voelde zich ’s avonds vaak lonesome. Onderweg kwam hij alleen maar rare snuiters tegen. Eerst was daar een oud vrouwtje huilend in een kapeltje. Ze was de weg kwijt en haar teddybeer. El Vis troostte haar met een mooi lied.
‘Griterío en la capilla, ... sin un corazón de madera, ...pero con my teddybear ... muss i denn, muss i denn, ... und du mein Schat bleibst hier’.

Het vrouwtje vertrouwde hem voor geen meter. Voor haar was El de Vis niets meer en niets minder dan een mooi sardientje vermomd als duivel. Ze smeekte hem haar aardig te behandelen. Ook al was ze soms een koppig vrouwtje, ze had absoluut geen houten hart, maar dat had El al lang gezien. Gul als hij was, gaf hij het vrouwtje zijn kostbaarste ring. Het vrouwtje hing de ring trots om haar nek en El vervolgde zijn pad.

Een stukje verder kwam El voorbij een gevangenis. Heftige rockmuziek klonk door de tralies. Zo hard, dat een jachthond verderop luidkeels aansloeg. Hij kreeg medelijden met de hond en stuurde hem terug naar zijn afzender. Address unknown. Een tijdje later liep El zijn kleine zusje tegen het lijf. Hij was helemaal weg van haar en dus stond hij toe dat zij hem een poosje vergezelde. Zij was zo blij hem weer te zien dat ze spontaan de Bossa Nova voor hem danste. Uiteindelijk helemaal opgeschud kwamen beiden weer bij zinnen. El biechtte zijn kleine zusje op dat zij altijd in zijn gedachten was. ‘Ach, dat is gewoon het wonder der liefde’ mompelde zuslief en ze dartelde vrolijk verder, haar broer luidkeels naroepend: ‘auf Wiedersehn!’. El dacht: ‘… und du mein Schat bleib hier!’

El de Vis had zijn levensbestemming nog immer niet gevonden. Hij keerde in zichzelf en werd een knorrige, eenzame man. El kon niet wreed zijn tegen zijn hart. Dat sprak altijd de waarheid. Hij besloot een vak te kiezen. Met een gebroken hart vermande hij zich tot een Bigg Boss. Maar om nu een slechte imitator van Bruce te worden, dat ging hem te ver. Zijn leven lang al imiteerde hij zichzelf. Hij was dat beu, meer dan zat. Nee, hij had een ander plan.

Ooit had El de Vis gehoord van een Amerikaanse zanger die best wel rockte. Een knappe stoere aal uit Tupelo, Missisippie, United States. El kende deze rocker uit de prille liefdesbrieven van zijn moeder. Zij adoreerde Elvis de Pelvis als geen ander en dat was precies wat El de Vis ook wilde. Dit beseffend nam El genoegen met een second life. El de Vis werd Elvis. Met een gerust hart keerde hij huiswaarts. Na jarenlange Elvisimitaties overleed El op 27 december 2008 op 57-jarige leeftijd. Elvis definitely left the building and many people cried.

Mien Elvis huilt

Column opgedragen aan Toon Nieuwenhuisen (1951-2008), King uit Deurne




10-02-2009

Branding

Het Wake-up Light verlicht langzaam de kamer; vogeltjes fluiten zacht een ochtendlied. Mijn droom eindigt in een boeddhistisch bos. Ik kijk op de Swatch. Het is 06:30 uur en ik spring van mijn Auping. Ik trek de Luxaflex met een ferme ruk omhoog. Het wordt een prachtige dag; de zon schijnt in mijn gezicht. Voordat ik naar het toilet ga schiet ik in mijn badstoffen Bader en Wehkamppantoffels. Ze voelen nog wat koud.

De Villeroy & Boch vangt gelaten mijn ochtendplas op. Het laatste Poplavel trek ik van de rol en spoel door. In de badkamer haal ik uit de Schock mijn Elmex te voorschijn. Ik pers een afgemeten dot pasta op mijn Sonicare. Al pulsend en zoemend worden mijn wangen wakker. Met de Braun grasmaai ik mijn kin glad en bekijk het resultaat met een tevreden grijns in de Swaluw. De Swaluw grijnst slaperig terug. Goedemorgen. Met een washandje van de HEMA wrijf ik de resten van mijn slaap uit de ogen. Een flinke spray Sanex maakt mij weer okselfris en met een vleugje Chanel onder de neus word ik pas echt goed wakker.

Wat zal ik vandaag eens aantrekken? Een belangrijke dag, vandaag. Mijn keuze valt op een zwarte Sloggy onder in de la. Ik schiet in een lange blauwe Levis en trek een witte vers gesteven Arrow over mijn hoofd. Met een dubbele Winsor knoop ik een roze wit gestreepte Peter Hahn om mijn nek. Een roze Marco Polo en bruine van Bommels zonder sokken, zorgen ervoor dat ik er gelikt uit zie. Mijn Hilfiger kleedt de boel uiteindelijk helemaal af. Ik kijk een laatste keer inspecterend in de Swaluw. Goedgekeurd. Op naar het ontbijt.

In de Bruynzeel trek ik eerst de Smeg open. Ik scan alle schappen en rekken op zoek naar Campina. Vandaag eet ik Brinta met een vers kopje Douwe Egberts. Voor de lunch maak ik een lunchpakketje. Ik weet niet zeker of ik vandaag gelegenheid heb om te lunchen. Ik smeer wat Blue Band op twee Tarvosneetjes en beleg het geheel met Old Amsterdammer. Een Verkadereep trek ik achteloos uit de keukenla. Een beetje zoetigheid, om later op de dag de ergste honger te stillen, kan geen kwaad. Dat moet kunnen.

Ik trek het AD uit de brievenbus en berg hem op in mijn Samsonite. Ik leg hem bovenop m’n Apple. De Tarvosneetjes verpak ik samen met een Chiquita en een Elstar in mijn Tupperwaredoos. Ook deze plaats ik in mijn Samsonite. Nu nog even het journaal spotten op mijn Bang & Olufsen en dan ga ik op pad. Ik trek mijn Burleymantel van de kapstok en groet mijn vrouw. Ik loop de garage in. Daar staat een groene Peugeot mij ongeduldig op te wachten. Ready for a brand new day.

Reclamezuilen langs de A2 flitsen onachtzaam aan me voorbij. Vandaag ga ik op klantenbezoek bij de grootste klanten van de zaak, gewoon voor een beetje branding. Wel zo belangrijk. Ik troost me met de gedachte dat branding ook anders beleefd kan worden. Aan een prachtig strand in Corsica.

Ook gepubliceerd op website Gek op Klanten