12-09-2017

Alle problemen opgelost

Problemen

Problemen zijn net als woorden. Maar dan op zijn Frans. Paroles, paroles, paroles. Ik heb het proefondervindelijk uitgeprobeerd. Problemen, problemen, problemen. De mensen in het metrostation verklaarden me heel even voor gek. Sterker nog, ze keken niet eens meer welke metro er kwam. Neu. Ze stapten gewoon bij de eerste de beste metro die kwam in. Weg van alle problemen. Dat dachten ze. Nu hadden ze pas echt een probleem.

Nog meer problemen

Ik spring net op het nippertje mee de metro in. De schrik staat op het gezicht van de mensen te lezen. Nee, nee, nee, lijken de gezichten te zeggen. Ik zoek het eerste slachtoffer en schreeuw keihard in zijn oor. Problemen, problemen, problemen. Ik doe het in G-mineur. Dat komt snoeihard binnen, dat verzeker ik u. De man schreeuwt het uit. Stop, stop, stop. Ik krijg medelijden en spreek zijn buurvrouw aan. Problemen, problemen, problemen. In C-largo. Dat moet ze kunnen hebben. Wat een oren heeft die vrouw. Maar ook zij kan de woorden niet verdragen. Ook al heb ik ze nog zo mooi gezongen. Een meneer die alles rustig bekeken heeft tikt op mijn schouder. Dàt had nu net niet moeten doen.

Nog veel meer problemen

Het vraagt om een lucide aanpak. Geen idee wat dat is maar ik ga ervoor. Je hoort zo nu en dan wel eens wat. De man voor me wijst naar zijn mond, vervolgens naar zijn oren en schudt driftig met zijn hoofd van links naar rechts. Daarna draait hij met zijn wijsvinger snelle rondjes voor zijn oorgat en daarna houdt hij diezelfde vinger opgeheven voor mijn ogen en schudt daarmee wederom driftig op en neer. Dan valt het kwartje. Doof. Die man is doof. Houdt ie me nu voor de gek? Ik neem de proef op de som en schreeuw zo hard als ik kan. Problemen, problemen, problemen. Bijna alle passagiers plakken nu tegen de raam van de metro. Behalve de dove man. Stokstijf staat ie stil. Heel even. Dan valt ie neer. Dood?

Nu heb ik echt een probleem

Ik weet niet goed wat te doen. De passagiers gaan in een klein kringetje rondom de man en mij staan. De metro dendert intussen door. Heel irritant. Niets zo irritant als een kring mensen in een op hol geslagen metro. Ze plakken en ze stinken. De man blijft liggen. Ook al zo irritant. Niets zo irritant als een man op een vloer omringd door mensen in een op hol geslagen metro die plakken en die stinken. Ik kan maar een ding doen. Problemen, problemen, problemen. In Z-lentisimo dit keer. Ik weet wel wanneer ik me moet inhouden. Eureka. De man richt zijn bovenlijf op. En roept heel irritant. Heb ik u laten schrikken. Neu.

Alle problemen opgelost

Dat is werkelijk waar too much. Zo vinden ook alle omstanders. Oké ik maak dan wel veel lawaai. Heel veel. Maar faken, daaraan heeft iedereen een broertje dood. Wat er daarna gebeurde had ik u liever niet verteld. Maar het moet. Het kan haast niet erger lieve mensen. En masse heft het hele metrocompartiment zijn stem aan. In alle letters van het alfabet in alle tempo's. Sommigen ijl anderen weer zwaar diep. Tot op de bodem en skyhigh in koor. Problemen. Problemen. Problemen. Iemand trekt aan de noodrem. En ik kan het u vertellen, niet de stomdove man, doofstom. Nee. Maar hij vliegt wel buiten. Ik blij.


Schrijfopdracht Web Tales (naar een idee van Christa Sevichny)
Onderwerp: Suspense en problemen! Dit zorgt ervoor dat lezers van jouw verhaal hun uitstapstation missen.
Stel je de volgende situatie voor. Vanavond krijg je een groep familie of vrienden te eten. Je wilt een lekker gevarieerde maaltijd op tafel zetten. Je wil naar de supermarkt, maar je kan je boodschappentas niet vinden. Dit is een relatief klein probleem. Bedenk een ander probleem dat net iets erger is. Probeer daarna een probleem te bedenken dat nog iets erger is dan het tweede probleem. Herhaal deze stap totdat je vijf problemen hebt waarvan de volgende steeds erger is dan de vorige.